Prinsjesdag 2024 voor werkgevers
- Auteur Miranda Schenk
- 18 september 2024
- Laatste update: 25 september 2024
Op de derde dinsdag van september, 17 september 2024, zijn de plannen van de regering voor 2024 gepresenteerd. Wat zijn de belangrijkste afspraken die van belang zijn voor werkgevers? De Werkgeverslijn zet ze voor jou op een rij.
Het minimum uurloon zal in 2025 opnieuw stijgen. Per 1 januari 2025 zal het wettelijk minimum uurloon stijgen met 5,4%. Dit is het percentage dat nu voorgesteld is.
Ook voor 2025 worden er weer maatregelen genomen om de koopkracht te vergroten. Zo wordt de arbeidskorting licht verhoogd van € 5.553,- in 2024 naar € 5.599,- in 2025. Met het verhogen van de arbeidskorting wordt werken weer meer lonend en de belastingdruk op arbeid verlaagd. Daarnaast gaan belastingbetalers in 2025 minder inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen afdragen door de invoering van een lagere eerste belastingschijf. Inkomens tot € 38.441,- betalen in 2025 een tarief van 35,81% (dit was in 2024 36,97%), inkomens tussen € 38.441,- en € 76.817,- gaan 37,48% betalen (2024: 49,50%). Inkomens boven € 76.817,- blijven 49,50% betalen. Tegenover deze verlagingen staat een verlaging van de algemene heffingskorting.
Ook gaat het kindgebonden budget omhoog en zal de huurtoeslag en zorgtoeslag stijgen. Met het totaalpakket aan maatregelen wordt verwacht dat voor een gemiddeld huishouden de koopkracht stijgt met 0,7%.
Als werkgever merk je er niet veel van, maar voor werknemers geldt dat zij er in veel gevallen netto iets op vooruit zullen gaan.
De onbelaste vergoeding voor thuiswerken gaat per 1 januari 2025 met 2,13% omhoog van € 2,35 naar € 2,40 per dag.
Voor 2025 zal de bijdrage aan de ZVW lager uitvallen. Deze werkgeversheffing daalt van 6,57% naar 6,51%. Het maximum bijdrageloon, waarover de bijdrage ZVW wordt berekend, stijgt wel. Naar verwachting zal dit komend jaar € 75.860,- zijn. In 2024 is dit nog € 71.624,-. Hierboven hoef je als werkgever geen heffing te betalen.
Het LKV voor oudere werknemers gaat wijzigen. Met ingang van 1 januari 2025 wordt LKV lager voor oudere werknemers die zijn begonnen op of na 1 januari 2024. Vanaf 1 januari 2026 krijg je als werkgever voor deze groep helemaal geen LKV meer. Daarnaast is de LKV voor herplaatste arbeidsgehandicapten per 2025 verruimd en ligt er bij de Tweede Kamer een voorstel tot het structureel maken van de LKV doelgroep banenafspraak, dus zolang de werknemer in dienst is. Nu krijg je als werkgever nog maximaal drie jaar dit LKV.
Het LIV, dat bedoeld was als stimulans voor werkgevers om vaker mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen en te behouden, wordt per 1 januari 2025 afgeschaft. De maatregel draagt maar beperkt bij aan de kansen voor deze groep is gebleken. Het geld dat vrijkomt doordat deze maatregel vervalt, wordt ingezet voor andere tegemoetkomingen voor werkgevers en compensatie voor sociaal ontwikkelbedrijven.
Er is niets vermeld over de werkkostenregeling (WKR) voor 2025. De verwachting is daarom dat de vrije ruimte binnen de regeling gelijk blijft aan 2024:
Ook de sociale premies voor 2025 zijn op Prinsjesdag bekend gemaakt. Zo gaat de premie voor de Werkhervattingskas (whk) en voor de Awf-premies omhoog. Het premiepercentage voor de AOW en de Anw blijven gelijk. Alle voorgenomen premiepercentages (deze zijn nog niet allemaal definitief) zijn opgenomen in de Begroting SZW 2025.
LTO Nederland reageert, als één van de drie werkgeversorganisaties van Nederland, positief op de sociaaleconomische Prinsjesdagplannen van het nieuwe kabinet. “Deze plannen stralen realisme uit”, zegt LTO-voorzitter Ger Koopmans: “maar daar moet het niet bij blijven. Alle ministeries moeten hard aan de slag met het omzetten van de plannen in zichtbare daden om de uitdagingen van werkgevers op te lossen. Het kabinet moet nu handelen om de lastenverlichting voor werkgevers aan te pakken!”. Lees het volledig artikel op de website van LTO Nederland.