Inge Haastert – van Neessen

Inge van Haastert-Neessen is werkzaam bij Neessen aardbei- en aspergeplanten in Grashoek en lid van de regiegroep Open Teelten namens vollegrond. De hoofdteelt van Neessen is de vermeerdering van aardbeiplanten en de opkweek van aspergeplanten. Dat doen zij met 10 vaste medewerkers en veel (voornamelijk Poolse) seizoenarbeiders in verschillende seizoenen. “In het voorjaar hebben we zo’n 45 mensen aan het werk, in de zomer circa 180 en vanaf half november nog weer zo’n 150.”

WWZ-uitzonderingen
Omdat Neessen meerdere teelten heeft gedurende het jaar, werken zij bijna altijd met seizoenarbeiders. Voor dit bedrijf zijn de WWZ-uitzonderingen in de nieuwe cao, waardoor je de keten van contracten nog maar met 3 maanden hoeft te onderbreken, heel belangrijk. “In onze branche is het niet werkbaar om mensen er tussen contracten een half jaar uit te moeten doen. Drie maanden is al veel beter werkbaar, voor ons maar ook voor het personeel.”

Van Haastert-Neessen zou nog liever zien dat de wachtperiode tussen contracten teruggezet wordt naar een maand omdat het simpelweg niet aan de orde is dat mensen een vast contract kunnen krijgen. “Daarvoor hebben we gedurende het jaar niet genoeg werk en dat vinden Poolse werknemers vaak helemaal geen probleem. Dat we geen vaste banen hebben, betekent niet dat we geen vaste en goede relaties hebben.”

Flexibiliteit in de cao
Voor de duidelijkheid van werkgevers en werknemers is het van belang dat er een cao is, meent Van Haastert-Neessen. Ook al vindt ze de collectieve afspraken soms wel beperkend. “Voor een arbeidsintensief bedrijf als dat van ons is het soms lastig dat we bijvoorbeeld werktijden niet helemaal zelf met ons personeel kunnen afstemmen als het druk is.” Van Haastert-Neessen vindt het desondanks wel goed om binnen de sector collectieve afspraken te hebben. “Dat is ook richting politiek en beleid een duidelijk signaal.”

Als lid van de regiegroep wil Van Haastert-Neessen zich de komende jaren hard blijven maken voor nog meer flexibiliteit in de cao. “Ik ben heel blij met de WWZ-uitzonderingen, dat is een goede eerste stap. Maar naar de toekomst toe pleit ik voor meer flexibiliteit voor werkgevers in de cao. Die verantwoordelijkheid kunnen we zelf best aan.”